volgende
vorige
items

Article

Groene infrastructuur: beter leven dankzij natuurlijke oplossingen

Taal wijzigen:
Article Gepubliceerd 17-11-2015 Laatst gewijzigd 11-05-2021
Photo: © Birgit Georgi/EEA
Groene infrastructuur biedt aantrekkelijke oplossingen voor sociale, economische en milieuvraagstukken en zou dan ook in verschillende beleidsgebieden volledig moeten worden geïntegreerd. Het EMA bereidt momenteel de publicatie voor van een rapport over de rol van groene infrastructuur bij het beperken van de gevolgen van natuurlijke gevaren in verband met de verandering van weer en klimaat. Alle reden om de hoofdauteur van dat rapport, Gorm Dige, projectmanager territoriale omgeving, beleid en economische analyse, een aantal vragen voor te leggen.

Wat is groene infrastructuur en waarom is ze zo belangrijk?

De Mededeling over Groene Infrastructuur van de Europese Commissie beschrijft groene infrastructuur als een instrument dat ecologische, economische en sociale voordelen biedt door middel van natuurlijke oplossingen en ons helpt de voordelen die de natuur aan de menselijke samenleving biedt naar waarde te schatten en investeringen te mobiliseren om die voordelen te behouden en te versterken. Het is met andere woorden een netwerk van natuurlijke en semi-natuurlijke gebieden en groene ruimten dat ecosysteemdiensten levert die het welzijn van de mens en de levenskwaliteit bevorderen.

Groene infrastructuur kan tal van nuttige functies en voordelen bieden binnen één ruimtelijk gebied. Deze functies kunnen een milieudimensie (bijv. behoud van biodiversiteit of aanpassing aan klimaatverandering), een sociale dimensie (bijv. voorzien in de afvoer van water of in groene ruimte) of een economische dimensie (bijv. scheppen van banen of vergroten van de waarde van onroerend goed) hebben. Wat groene infrastructuur aantrekkelijk maakt is dat zij, anders dan oplossingen op basis van grijze infrastructuur, die doorgaans één functie vervullen (denk aan afvoer of transport), een oplossing kan bieden voor meerdere problemen tegelijk. Traditionele grijze infrastructuur blijft onmisbaar, maar kan vaak met natuurlijke oplossingen worden versterkt.

Groene infrastructuur kan bijvoorbeeld worden gebruikt om op basis van de natuurlijke retentie- en absorptiecapaciteit van bodems en vegetatie te voorkomen dat te veel regenwater in rioleringen en uiteindelijk in meren, beken en rivieren terechtkomt. De voordelen die groene infrastructuur in dit verband kan bieden, zijn onder meer een ruimer potentieel voor koolstofopslag, betere luchtkwaliteit, beperking van hitte-eilanden in stedelijke gebieden, uitbreiding van habitats voor wilde dieren en meer ruimte voor recreatie. Groene gebieden dragen ook bij aan het culturele en historische landschap doordat ze plaatsen herkenbaar maken, en bepalen mede de aanblik van steden en stedelijke agglomeraties waar mensen wonen en werken. Uit onderzoek blijkt dat oplossingen op basis van groene infrastructuur goedkoper zijn dan grijze-infrastructuuroplossingen en tal van neveneffecten hebben die lokale economieën, de sociale structuur en de ruimere omgeving ten goede komen.

Wat zijn de belangrijkste problemen bij de ontwikkeling van groene infrastructuur?

Groene infrastructuur is een relatief nieuw en complex fenomeen, waarvoor geen brede onderschreven definitie bestaat. Ook ontbreken kwantitatieve analyses en indicatoren. Daardoor is het voor beleidsmakers lastig groene infrastructuur in de beleidsvorming te integreren. Er zijn echter ook elementen van groene infrastructuur waarvoor dit niet geldt. Ecoducten en natuurlijke waterbeheersystemen als groene daken bijvoorbeeld hebben veelal een duidelijke functie, en er zijn maatstaven om de prestaties ervan te meten.

Ook de business case voor groene infrastructuur kan problematisch lijken, hoewel deze oplossingen zoals gezegd niet alleen veel voordelen bieden maar vaak ook goedkoper, degelijker en duurzamer zijn. Ontwerpers zouden voor overstromingsvraagstukken dus niet meer bij voorbaat moeten uitgaan van grijze oplossingen zoals dijken en pijpleidingen, maar eerst moeten kijken naar de voordelen die het herstel van uiterwaarden of waterrijke gebieden kan opleveren.

Tot slot is groene infrastructuur verankerd in de biodiversiteitsstrategie van de EU, maar ze is meer dan louter een instrument voor het behoud van biodiversiteit. Ze kan een wezenlijke bijdrage leveren aan de tenuitvoerlegging van de beleidsdoelstellingen van de Unie met betrekking tot regionale en plattelandsontwikkeling, klimaatverandering, rampenrisicobeheer, land- en bosbouw en milieu.

Wat is het Europese beleid inzake groene infrastructuur en wat wordt ondernomen om aan voornoemde problemen het hoofd te bieden?

In de strategie voor groene infrastructuur van de EU wordt gepleit voor volledige integratie van groene infrastructuur in het EU-beleid, zodat ze in de hele Unie een vast onderdeel van gebiedsontwikkeling wordt. In deze strategie wordt ook erkend dat groene infrastructuur een bijdrage kan leveren aan tal van EU-beleidslijnen waarvan de doelstellingen via natuurlijke oplossingen kunnen worden gerealiseerd, en wordt het gebruik van groene infrastructuur geplaatst in de context van de Europa 2020-groeistrategie.

Daarnaast heeft de biodiversiteitsstrategie tot doel te bewerkstelligen dat "tegen 2020 [...] ecosystemen en ecosysteemdiensten [worden] gehandhaafd en verbeterd door groene infrastructuur op te zetten en ten minste 15 % van de aangetaste ecosystemen te herstellen". In deze strategie worden de lidstaten ook opgeroepen de staat van ecosystemen en ecosysteemdiensten op nationaal niveau in kaart te brengen en te beoordelen. Zo wordt een bijdrage geleverd aan de beoordeling van de economische waarde van die diensten en wordt de opname daarvan in systemen voor boekhouding en rapportage op nationaal en EU-niveau tegen 2020 bevorderd.

Het belang van groene infrastructuur wordt ook in andere onderdelen van de Europese beleidsvorming onderkend, met name in het Zevende Milieuactieprogramma (7e MAP), het Regionaal Beleid 2014–2020, de Kaderrichtlijn Water, de Nitraatrichtlijn en de Overstromingsrichtlijn en de EU-strategie voor aanpassing aan de klimaatverandering. Al deze initiatieven leiden hopelijk tot versterking van het gebruik van groene infrastructuur als beleidsinstrument en tot praktische oplossingen op plaatselijk niveau.

Welke bijdrage levert het EMA aan deze inspanningen?

Het EMA verricht onderzoek naar groene infrastructuur ter ondersteuning van de beleidsmakers en het publiek. In 2011 hebben we een rapport gepubliceerd, Groene infrastructuur en ruimtelijke cohesie, waarin we het belang benadrukken van de ontwikkeling van instrumenten voor het waarnemen en meten van groene infrastructuur. Dit rapport biedt input voor het vaststellen van doelstellingen en prioriteiten op nationaal en regionaal niveau. Het is ook verwerkt in de Mededeling van de EU over Groene Infrastructuur.

In de EMA-studie Ruimtelijke analyse van groene infrastructuur in Europa wordt groene infrastructuur geëvalueerd als een ecologisch en ruimtelijk concept voor de bevordering van een gezond en weerbaar ecosysteem dat bijdraagt aan het behoud van de biodiversiteit en ook voor mensen voordelen biedt doordat het de levering van ecosysteemdiensten, zoals beperking van de gevolgen van klimaatverandering, het verschaffen van cruciale habitats voor biota en de onderlinge aansluiting van habitats, verbetert.

Het EMA zal op korte termijn een vervolgrapport publiceren onder de titel "Exploring nature-based solutions – the role of green infrastructure in mitigating the impacts of weather- and climate change-related natural hazards" (Verkenning van natuurlijke oplossingen – de rol van groene infrastructuur bij het beperken van de gevolgen van natuurlijke gevaren in verband met de verandering van weer en klimaat). Voortbouwend op de voorgaande rapporten toont het EMA hierin aan dat groene infrastructuur de nadelige gevolgen van extreme weersomstandigheden en extreme klimaatgerelateerde gebeurtenissen – die zowel in Europa als wereldwijd tot de kostbaarste en meest dodelijke natuurlijke gevaren behoren – kan helpen beperken. Het rapport richt zich voornamelijk op gebeurtenissen die als gevolg van de voortschrijdende klimaatverandering hoogstwaarschijnlijk versterkt zullen worden, zoals aardverschuivingen, lawines, overstromingen en stormvloeden. Verder gaat het rapport ook in op de groene infrastructuur en ecosysteemdiensten die bijdragen aan de wereldwijde klimaatregulering.

Gorm Dige


Interview gepubliceerd in nr. 2015/3 van de EMA Newsletter, september 2015.

Permalinks

Geographic coverage

Temporal coverage