All official European Union website addresses are in the europa.eu domain.
See all EU institutions and bodiesDoe iets voor onze planeet, print deze pagina alleen als dat nodig is. Zelfs een kleine actie kan een enorm verschil maken als miljoenen mensen dat doen!
MILIEUHEFFINGEN
Invoering en milieu-effectiviteit
VOORWOORD
De werkzaamheden van het EMA met betrekking tot de evaluatie en beoordeling van milieubeleidsinstrumenten zijn vanaf begin 1996 versneld uitgevoerd, nadat de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en consumentenbescherming van het Europees Parlement het EMA vroeg om met spoed twee overzichtsrapporten over respectievelijk `groene belastingen' en `milieuconvenanten' op te stellen.
De taak van het EMA omvat het `verschaffen van tijdige en doelgerichte informatie'. Dit rapport over milieuheffingen is gericht op beleidsmakers en het publiek en valt samen met de huidige werkzaamheden van de Commissie betreffende de `Mededeling inzake in de Lid-Staten toegepaste milieuheffingen'. Het rapport over `convenanten' zal tegen eind 1996 worden gepubliceerd.
Beide zijn voorbeelden van rapporten van het Milieuagentschap waarin de actuele stand van zaken en de vooruitzichten beschreven worden, ten einde de beleidsdiscussies met de best beschikbare informatie te ondersteunen. Het is ook de bedoeling dat deze rapporten gemakkelijk toegankelijk zijn, zodat een bredere betrokkenheid van Europese burgers bij beleidsontwikkeling en uitvoering gestimuleerd wordt, met als gevolg een verrijking van het door de parlementsleden verlangde overleg vooraf.
Er is reeds veel geschreven over groene belastingen, met name door de OESO, de Noordse Raad en de Europese Commissie, en het EMA dient altijd waarde aan bestaand werk toe te voegen. Dit korte rapport houdt zich derhalve bezig met de milieu-effectiviteit van groene belastingen en met politieke obstakels en oplossingen voor de invoering ervan. Het wil ook de belang van andere dan energieheffingen benadrukken en toegankelijk zijn voor niet-deskundigen.
Een van de grootste voordelen van milieuheffingen is dat ze verkeerde prijssignalen op de markt corrigeren door de kosten van verontreiniging en andere milieukosten in de prijzen op te nemen; zo krijgt men `juiste prijzen' en wordt het beginsel `de vervuiler betaalt' toegepast. Dit voordeel van groene belastingen werd door de Raad erkend in de conclusies van de Milieuraad van 12 december 1991 die een communautair gemeenschappelijk platform tot de UNCED 1992 richtte:
'Om tot de noodzakelijke herbestemming van economische middelen te komen teneinde duurzame ontwikkeling te bewerkstelligen, moeten alle sociale en milieukosten met economische activiteiten verrekend worden, zodat internalisering van externe milieukosten plaatsvindt. Dit betekent dat milieukosten en overige kosten die samenhangen met de duurzame exploitatie van natuurlijke hulpbronnen en die door het leverende land gedragen worden, in economische activiteiten tot uitdrukking moeten komen. Hiertoe kunnen onder andere economische en fiscale instrumenten gebruikt worden.'
Sindsdien is men steeds meer gebruik gaan maken van milieuheffingen, maar er zijn talrijke mogelijkheden om deze op nog veel ruimere schaal toe te passen. Wij hopen dat dit rapport aanzet tot meer beleidsontwikkeling en evaluatie op dit gebied. Als men de voor een duurzame ontwikkeling noodzakelijke structurele veranderingen wil bewerkstelligen, moeten er meeromvattende belastinghervormingen plaatsvinden om positieve elementen als werkgelegenheid te stimuleren en negatieve elementen als verontreiniging en achteruitgang van het milieu te ontmoedigen.
Om vorderingen te maken met de invoering van milieuheffingen, moeten er in EU-verband echter veranderingen plaatsvinden die leiden tot een grotere harmonisatie en verenigbaarheid van fiscale maatregelen, de interne markt en prioritaire sectoren als energie, vervoer en landbouw. Het moet ook eenvoudiger worden om voor fiscale maatregelen de steun van een politieke meerderheid te krijgen en misschien kan het huidige IGC-proces hiertoe de mogelijkheid bieden.
Het Milieuagentschap heeft dit rapport vervaardigd op basis van oorspronkelijke ontwerpen van Paul Ekins (Forum voor de Toekomst, Verenigd Koninkrijk), Mikael Skou Andersen (Universiteit Aarhus, Denemarken) en Hans Vos (DHV Milieu en Infrastructuren, Nederland). Het project werd gecoördineerd door Teresa Ribeiro (projectleider). Belangrijke toevoegingen en de redactie werden verzorgd door David Gee en Kai Schlegelmilch met ondersteuning van Keimpe Wieringa.
Het rapport werd geëvalueerd door een adviesgroep bestaande uit twee leden van het Wetenschappelijk Comité van het EMA, Frank Convory (Universiteit Dublin) en Knut Alfsen (Bureau voor de Statistiek, Noorwegen), en Jos Delbeke (Europese Commissie - DG XI), Jean-Philippe Barde (OESO) en vertegenwoordigers van het Secretariaat van de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en consumentenbescherming van het Europees Parlement. Aanvullend technisch overleg werd gevoerd met de EIONET-groep van nationale knooppunten van het EMA en met Klaus Thostrup (DG XXI).
Ik wil graag het EMA-projectteam en de overige medewerkers bedanken voor hun inzet waardoor dit rapport in zo'n korte tijd opgesteld kon worden.
Domingo Jiménez-Beltrán
Directeur
SAMENVATTING
Belangrijkste conclusies
Mogelijke negatieve effecten kunnen door bovenstaande maatregelen verzacht worden, zoals recentelijk in Scandinavië is aangetoond. Het algehele concurrentievermogen van landen kan verbeterd worden door goed doordachte heffingen die kunnen aansporen tot innovatie en structurele verandering, hoewel dat laatste speculatief blijft.
Dit zijn de belangrijkste conclusies van een rapport over milieuheffingen dat op verzoek van het Europees Parlement door het Europees Milieuagentschap (EMA) is opgesteld. Het rapport geeft een overzicht van de belangrijkste diskussiepunten op het gebied van milieuheffingen, waarbij de nadruk vooral ligt op de milieu-effectiviteit van deze heffingen en op de politieke obstakels voor de invoering ervan. Het geeft alleen voorbeelden van milieuheffingen ter illustratie; complete evaluaties zijn verkrijgbaar bij de OESO (1995).
Hoofdpunten
Waarom milieuheffingen?
De belangrijkste redenen om gebruik te maken van milieuheffingen luiden als volgt:
Soorten milieuheffingen
Om de effectiviteit van milieuheffingen eenvoudiger te kunnen meten, zijn deze onderverdeeld in drie hoofdsoorten, al naar gelang de belangrijkste beleidsdoelstellingen ervan:
In de praktijk komen combinaties van deze drie functies vaak voor. De milieuheffingen hebben zich in het algemeen ontwikkeld van bestemmingsheffingen in de jaren zestig en zeventig tot een combinatie van stimulerende en inkomsten-genererende milieuheffingen in de jaren tachtig en negentig; meer recentelijk worden deze heffingen geïntegreerd in `vergroening van het belastingstelsel' waarbij sommige belastingen op positieve elementen als arbeid vervangen worden door belastingen op negatieve elementen als verontreiniging.
Wie maakt gebruik van milieuheffingen?
De huidige tendensen met betrekking tot milieuheffingen (hier onderverdeeld in energieheffingen en overige milieuheffingen) kunnen als volgt worden samengevat:
Hebben milieuheffingen effect?
In tabel 1 wordt een overzicht gegeven van de resultaten van de beoordeling en van de kwalitatieve waardering van het kleine aantal beschikbare evaluatie-onderzoeken betreffende milieuheffingen. De voornaamste conclusies zijn:
Verder kunnen heffingen vele milieu-effecten en bijkomstige voordelen met zich meebrengen waardoor het beleid op vier prioritaire gebieden verbeterd kan worden, namelijk het milieu, innovatie en concurrentievermogen, werkgelegenheid en het belastingstelsel.
Tabel 1: Samenvatting van een beoordeling1) van geselecteerde milieuheffingen2)
Instrument | Milieu-effect | Regulerend
effect |
Opmerkingen over de algehele effectiviteit |
---|---|---|---|
Inkomsten-genererende milieuheffingen | |||
Zwavelheffing (S) | +++ | +++ | Het gemiddelde zwavelgehalte daalde in 2 jaar sterk (40%) met als gevolg dat de uitstoot van zwavel aanzienlijk verminderd werd. Hoewel het hier ging om een inkomsten-genererende milieuheffing, had deze een sterk regulerend effect, waarschijnlijk dankzij het hoge heffingspercentage. |
CO2-heffing (S) | ?/+ | ? | Wat betreft de stadsverwarming vond in 2 jaar een verschuiving plaats van fossiele brandstoffen naar biobrandstoffen; een groter concurrentievermogen van warmtekrachtproduktie. |
CO2-heffing (N) | ++ | ? | Deelanalyses laten een aantal effecten zien, zoals een vermindering van de totale CO2-uitstoot met 3-4% in 2-3 jaar, en deze tendens wordt steeds sterker. |
Heffing op binnenlandse vluchten (S) | + | ? | Eén luchtvaartmaatschappij heeft de verbrandingskamers versneld vervangen; in de afgelopen 1-3 jaar is er enig effect geconstateerd op de uitstoot in het algemeen. |
Afvalstoffenheffing (DK) | ++ | ? | Beoordeling is nog aan de gang; een enorme toename van hergebruikt sloopafval met 12-82% in 6-8 jaar; afname van de afvalproductie; door de heffing worden de kosten van afvallozing bijna verdubbeld. |
Regulerende heffingen | |||
Differentiële heffing op ongelode benzine (S) | +++ | +++ | De differentiële heffing leverde een aanzienlijke bijdrage aan de geleidelijke uitbanning van lood in 5-7 jaar; deze heffing dekte blijkbaar de aanvullende kosten van de produktie van ongelode benzine; er ging een sterk stimulerend effect van uit. |
Differentiële heffing op `schonere' diesel (S) | +++ | +++ | De differentiële heffing leidde in 3-4 jaar tot een enorme toename van het marktaandeel van `schonere' brandstof die voldeed aan strengere milieu-eisen. Verlagingen van de heffingen op dergelijke brandstoffen hebben een sterk stimulerend effect omdat de produktiekosten daardoor teruggebracht worden tot een niveau dat lager is dan dat van standaardbrandstoffen. |
Heffing op giftig afval (D) | ++ | ++ | Beperking van de afvalproduktie met ten minste 15% in 2-3 jaar, met als gevolg dat de geplande verbrandingscapaciteit werd teruggebracht. |
NOx-heffing (S) | +++ | +++ | De opzet en de hoogte van de heffing zorgden voor een stimulerend effect op maatregelen voor toezicht op en beperking van de verontreiniging in aan de heffing onderhevige installaties en hielpen de NOx-uitstoot in 2 jaar met 35% te verminderen; het vergunningenbeleid werd met succes versterkt. |
Heffing op kunstmest (S) | + | ? | Binnen het kader van het landbouwhervormingsbeleid was dit een van de factoren die bijdroegen aan een verminderd gebruik van kunstmest in 5-10 jaar. |
Heffing op waterverontreiniging(F) | + | +0 | Het is mogelijk dat belastingvermindering en sectorovereenkomsten enige positieve milieu-effecten hebben gehad in 10-12 jaar; de heffingsinkomsten zijn bescheiden. |
Heffing op waterverontreiniging(D) | + | + | Positief effect op de aanvraag en afgifte van vergunningen voor minder verontreinigende activiteiten. Vroegtijdige aankondiging droeg ertoe bij dat de bouw van afvalwaterzuiveringsinstallaties werd versneld. |
Bestemmingsheffingen (gebruikersheffingen) | |||
Heffing op waterverontreiniging(NL) | +++ | + | Dankzij de heffing kwamen er gelden vrij voor een snelle toename van de zuiveringscapaciteit; hoewel de heffingshoogte gering was, konden de inkomsten daarvan gebruikt worden om de zuiveringscapaciteit uit te breiden; mede hierdoor kon de waterkwaliteit in 10-15 jaar aanzienlijk verbeterd worden. |
Heffing op huishoudelijk afval (NL) | + | ?/+ | Een eerlijker verdeling van de kosten voor de verwerking van huishoudelijk afval; de hoeveelheid afval is verminderd (10-20% minder afval per hoofd van de bevolking), hetgeen aan variabele heffingspercentages te danken kan zijn. |
Bestemmingsheffingen (produktheffingen) | |||
Heffingen op batterijen (S) | ++ | 0 | Dankzij de heffing is het recyclen van Pb-batterijen haalbaar geworden; het inzamelingspercentage bedroeg in 1993 95% (60% in 1989); voor andere batterijen is het effect nog steeds onduidelijk. |
Heffing op vliegtuiglawaai (NL) | + | 0 | Bevredigend wat betreft inkomsten; maakte geluidsisolatiemaatregelen rond de luchthaven kostendekkend. |
Verklaring tekens:
+/++/+++ = klein/matig/groot effect
0 = geen of verwaarloosbaar effect
? = onbekend effect
1) De beoordeling van het regulerend effect vindt plaats op grond van bewijzen dat de betalers van de heffingen al dan niet aangemoedigd worden de verontreiniging te beperken; deze aanmoediging vindt vooral plaats wanneer er aanzienlijke verschillen bestaan tussen de hoogte van de heffing en de kosten van maatregelen ter beperking van de verontreiniging. De milieu-effectiviteit is gebaseerd op bewijzen dat een positieve uitwerking op het milieu al dan niet aan de heffing te danken is. Een vraagteken betekent gebrek aan bewijs.
2) Bijzonderheden van iedere geëvalueerde heffing zijn beknopt te vinden in bijlage II.
Politieke obstakels
Er bestaan een aantal belangrijke politieke obstakels voor de invoering van milieuheffingen, met name energieheffingen:
Uit het rapport blijkt dat de meeste obstakels voor de invoering van heffingen kunnen worden weggenomen door:
De kwesties van de verenigbaarheid met EU-regelgeving en het unanimiteitsbeginsel van de EU moeten aangepakt worden.
Het algehele concurrentievermogen van landen kan verbeterd worden door goed doordachte heffingen die kunnen aansporen tot innovatie en structurele verandering.
Aanbevelingen
1. Meer gebruik maken van milieuheffingen
Sinds de Top van Rio de Janeiro in 1992 wordt in brede kring erkend dat produktie- en consumptiepatronen gewijzigd moeten worden. Toch werd in het eind 1995 door het EMA gepubliceerde rapport betreffende de evaluatie van het Vijfde milieuactieprogramma (5e MAP) `Milieu in de Europese Unie 1995' geconcludeerd dat drie jaar na de publikatie van het 5e MAP `... de meeste produktie- en consumptietendensen ongewijzigd zijn gebleven...'. Naast andere beleidsinstrumenten kunnen ook milieuheffingen helpen dergelijke structurele veranderingen te bewerkstelligen door prijssignalen en marktverstoringen te corrigeren. Er moet derhalve op grotere schaal gebruik van gemaakt worden.
Het gebruik van milieuheffingen kan met name op de volgende drie manieren vergroot worden:
2. Zorgvuldige opzet en invoering
De gunstige effecten van milieuheffingen en de mogelijkheden er steeds meer gebruik van te maken, zijn aanzienlijk, maar een zorgvuldige opzet en invoering ervan zijn nodig om deze positieve punten in de praktijk te realiseren. Zonder de pretentie te hebben volledig te zijn, wordt in onderstaande tabel een overzicht gegeven van punten die van belang zijn voor een geslaagde uitvoering van milieuheffingen.
3. Meer en betere beoordeling
De theoretische beoordeling van het stelsel van milieuheffingen is goed ontwikkeld, maar adequate beoordelingen van praktische ervaringen met dergelijke heffingen zijn in vergelijking nog steeds zeldzaam. Dientengevolge kunnen de besluitvormingsprocessen gehinderd worden doordat er te weinig informatie over de resultaten van verschillende beleidsopties beschikbaar is. Verbetering van deze situatie vergt grotere beoordelingsinspanningen, een grotere beschikbaarheid van betrouwbare gegevens en beoordelingsmechanismen die in het beleidspakket zijn opgenomen. De noodzaak om de beoordeling te integreren in de opzet van heffingen, is erkend door de OESO, die haar goedkeuring heeft verleend aan methodologische richtsnoeren voor de beoordeling van economische instrumenten (OESO 1996, worden binnenkort gepubliceerd).
4. Meer onderzoek, met name betreffende beleidspakketten en externe kosten
Milieuheffingen werken vaak het best wanneer zij deel uitmaken van een beleidspakket dat gericht is op de aanpak van één (of meer) milieuproble(e)m(en); de wisselwerking tussen verschillende beleidsmiddelen is dan echter complex. Verdere analyse van en inzicht in deze kwesties kunnen een uitermate belangrijke bijdrage leveren aan toekomstige beleidsvorming. Het zou bijzonder de moeite waard zijn een kader te ontwikkelen waaruit de mogelijke toepasbaarheid van verschillende beleidsinstrumenten aan de hand van een typologie van milieuproblemen kan worden opgemaakt.
Om ten slotte de opzet van milieuheffingen te verbeteren, is onderzoek nodig op gebieden als economische modellering en de beoordeling van externe kosten, met name wat de spreiding ervan betreft.
Er is duidelijk meer onderzoek nodig, maar er is reeds voldoende bekend om een verdere beleidsontwikkeling inzake milieuheffingen te rechtvaardigen.
Checklist voor de geslaagde invoering van milieuheffingen:
|
HET RAPPORT IS ALS VOLGT OPGEBOUWD:
VOORWOORD
SAMENVATTING
INLEIDING
WAAROM MILIEUHEFFINGEN?
SOORTEN MILIEUHEFFINGEN
WIE MAAKT GEBRUIK VAN MILIEUHEFFINGEN?
HEBBEN MILIEUHEFFINGEN EFFECT?
INVOERING: OBSTAKELS EN OPLOSSINGEN
AANBEVELINGEN VOOR TOEKOMSTIGE ACTIE EN ONDERZOEK
BIJLAGE I - ALGEMENE TENDENSEN IN HET BELASTINGSTELSEL 1970-1990
BIJLAGE II - OVERZICHT VAN DE BIJZONDERHEDEN VAN GEËVALUEERDE
HEFFINGEN
BIJLAGE III - ENKELE MILIEUHEFFINGEN DIE GEEN ENERGIEHEFFINGEN
ZIJN
For references, please go to https://eea.europa.eu./nl/publications/92-9167-000-6-sum/page001.html or scan the QR code.
PDF generated on 23-11-2024 04:53
Engineered by: EEA-webteam
Software updated on 26 September 2023 08:13 from version 23.8.18
Software version: EEA Plone KGS 23.9.14
Documentacties
Delen met anderen