All official European Union website addresses are in the europa.eu domain.
See all EU institutions and bodiesDoe iets voor onze planeet, print deze pagina alleen als dat nodig is. Zelfs een kleine actie kan een enorm verschil maken als miljoenen mensen dat doen!
Article
De natuur gebruikt alleen de langste draden om haar patronen te weven, dus onthult elk stukje van haar weefsel de structuur van het hele tapijt
Richard P. Feynman, Natuurkundige en Nobelprijswinnaar
Naar aanleiding van het verdwijnen van zangvogels, plantensoorten en insecten uit het landschap in de vroege jaren zestig, merkte de schrijver Aldous Huxley op dat wij ‘bezig zijn de helft van de thema’s voor de dichtkunst te verliezen’.
Huxley had net een indrukwekkend nieuw boek gelezen: Silent Spring van de Amerikaanse biologe Rachel Carson, dat in 1962 verscheen. Het werd in brede kring gelezen en besproken en droeg er toe bij dat de bezorgdheid van het publiek over het gebruik van pesticiden, vervuiling en het milieu in het algemeen toenam. Het was niet Huxleys bedoeling om te bagatelliseren wat er aan de hand was. Zijn zinspeling op cultuurverlies geeft juist de essentie weer van biodiversiteit: een woord en een begrip dat we vaak moeilijk vinden om uit te leggen.
Biodiversiteit komt van twee woorden: ‘biologisch’ en ‘diversiteit’. Ze omspant de verscheidenheid aan alle levende organismen waaruit soorten zijn opgebouwd. Uiteindelijk betekent biodiversiteit: de natuur in al haar verschijningsvormen.
Een ecosysteem is een geheel van planten, dieren en micro-organismen en hun interacties met het milieu. Van het vluchtige contact tussen een bij en een bloeiende plant in een zomerweide tot aan de grootse en continue interacties van lucht, water en bodem — ecosystemen belichamen de grondslagen van het leven op aarde.
Wanneer bijen nectar verzamelen, vergaren zij ook het stuifmeel van een bloem en geven zij dit door aan andere bloemen, die aldus worden bestoven. Daaruit ontstaan nieuwe bloemen en die gaan interacties aan, zowel opwaarts met de lucht, als neerwaarts met de grond en het water. Neem bijvoorbeeld bomen. Hun bladeren maken onze lucht schoon en hun wortels zuiveren ons water door er voedingsstoffen uit te zuigen. De wortels verankeren zich ook in de bodem en leveren voedsel aan — zelfs wanneer zij sterven. Verwijder bomen uit een ecosysteem en de lucht, het water en de bodem zullen snel worden aangetast. Plant bomen, zelfs in een stad, en zij zullen effect hebben, door te zorgen voor koelere en betere lucht.
Wij maken allen deel uit van dit ‘systeem’, maar we vergeten dat vaak. Al sinds onze voorouders de bij, de bloemdragende plant en de weide begonnen te gebruiken om voedsel te produceren op een manier die wij tegenwoordig landbouw noemen, hebben wij de biodiversiteit vormgegeven en veranderd. Gedomesticeerde soorten en planten werden producten waarvan de intrinsieke waarde in geld werd uitgedrukt. Na de landbouw kwam de industrie en waar wij gaan, moet de natuur volgen — hoe schoorvoetend ook.
Wij zijn terug bij af: door onze levens te industrialiseren, met inbegrip van de landbouw, hebben wij de natuur geïndustrialiseerd. Wij telen insecten, dieren en planten voor de markt, kiezen kenmerken uit die ons van pas komen en aan onze behoeften voldoen. De biologische diversiteit wordt bedreigd, zowel op grote schaal als op moleculair niveau.
De natuur wordt vaak gezien als een luxe: het behoud van soorten kan dan wel zeer wenselijk zijn en het verlies ervan tragisch, maar uiteindelijk lijkt het het waard om deze prijs te betalen als het mensen in staat stelt werkgelegenheid te beschermen en inkomens te verhogen.
De werkelijkheid is natuurlijk heel anders. Neem de bijen. Wilde bijensoorten zijn in vele delen van Europa al uitgestorven. Overlevende bijenvolken zijn vaak verwilderde nieuwe variëteiten. Nu worden ze in de hele wereld weggevaagd. Bijen lijden onder een aantal ernstige problemen: pesticiden, mijten, ziekte, verzwakte genen. Uit een onderzoek van leden van de de Britse bijenhoudersvereniging BBKA bleek dat het aantal honingbijen in de winter van 2007 en 2008 met 30 % was afgenomen. Dit betekende een verdwijnen van meer dan twee miljard bijen, wat de economie 54 miljoen GBP kostte.
Zoals blijkt uit dit en andere voorbeelden (zie verderop) gaat het erom dat een verlies van biodiversiteit de economische ontwikkeling niet vergemakkelijkt, maar ondermijnt.
Wist u dat?
|
In 2002 spraken regeringen in de hele wereld af het verlies aan biodiversiteit te reduceren in 2010. De Europese Unie ging een stap verder en zegde toe het verlies van biodiversiteit in Europa in 2010 geheel tot staan te zullen brengen. Uit een raming van het Europees Milieuagentschap (EMA)(1) blijkt echter dat hoewel er op sommige gebieden vooruitgang is geboekt, het doel van de EU niet zal worden bereikt. De biodiversiteit gaat zelfs in een niet eerder vertoond tempo achteruit.
Het jaar 2010 is door de VN uitgeroepen tot Internationaal Jaar van de Biodiversiteit. Het thema zal het hele jaar door uitvoerig onder de loep worden genomen en besproken. Het feit dat het doel niet is bereikt heeft al aanleiding gegeven tot serieuze discussie binnen de EU over de vraag welke maatregelen nodig zijn om de biodiversiteit te redden.
Europa heeft enige vooruitgang geboekt wat de bescherming van biodiversiteit betreft. De Europese Unie heeft hiertoe de afgelopen dertig jaar in alle lidstaten een netwerk opgebouwd van bijna 25 000 beschermde (2) gebieden. Dit komt neer op ongeveer 880 000 km2, oftewel 17 % van het grondgebied van de EU. Dit brede scala aan zones, dat bekend staat als Natura 2000, is het grootste netwerk van beschermde gebieden ter wereld.
Wetgeving op het gebied van uitstoot in de atmosfeer (luchtverontreiniging), zoetwaterkwaliteit en afvalwaterbehandeling heeft een gunstige invloed gehad op de biodiversiteit. De zure regen bijvoorbeeld, die bossen in Noord-Europa verwoestte, is geen groot probleem meer. De landbouw sluit steeds beter aan bij het omringende landschap, hoewel er nog veel kan worden verbeterd. De zoetwaterkwaliteit is over het algemeen toegenomen.
Er gaat echter nog steeds op elk niveau biodiversiteit verloren. In een niet eerder vertoond tempo trekt het Arctische zee-ijs zich in de zomer terug en wordt het dunner. In 2007 besloeg het zee-ijs de helft van de oppervlakte die in de jaren vijftig werd gemeten. Dit heeft gevolgen voor alle bewoners van het Arctische gebied — van het microscopische leven in het ijs tot ijsberen en mensen. Zoals toegelicht zal worden, zijn er ook gletsjers aan het smelten in de Europese bergketens, met ernstige gevolgen voor tientallen miljoenen Europeanen.
Wereldwijd zijn meer dan een miljard mensen voor hun voedsel en levensonderhoud afhankelijk van de visserij. De helft van alle niet-gekweekte visbestanden is echter volledig geëxploiteerd. Het merendeel van de commerciële visserij zal in 2050 waarschijnlijk ten onder zijn gegaan als de huidige ontwikkelingen niet worden gekeerd. Op het vasteland worden regenwouden verwoest omwille van de voedselproductie (bijvoorbeeld soja en rundvlees) en biobrandstoffen (zoals palmolie). Er wordt geen rekening gehouden met de vele waardevolle ecosysteemdiensten waarin bossen voorzien.
De afgelopen twintig jaar is het aantal vlinderpopulaties in Europa met 60 %(3) afgenomen. Vlinders zijn waardevolle milieu-indicatoren omdat zij gevoelig zijn voor de subtielste veranderingen in de leefomgeving. Hun verdwijning wijst op een verandering in het milieu die zo ingrijpend is dat we deze nog maar net beginnen te begrijpen.
Biodiversiteit voorziet in een ruime verscheidenheid aan ‘ecosysteemdiensten’ die wij als vanzelfsprekend beschouwen. Denk aan de insecten die gewassen bestuiven; de bodemlagen, wortelstelsels en rotsformaties die ons water reinigen; de organismen die ons afval afbreken en de bomen die onze lucht zuiveren. Denk aan de waarde van de natuur, haar schoonheid en wat zij ons aan ontspanning biedt.
Dit is nog maar een kleine greep uit de ‘ecosysteemdiensten’ die het leven op aarde mogelijk maken. Wij zijn echter ons contact met veel van deze levensondersteunende systemen kwijtgeraakt. Meestal zien we ze niet eens meer, of weten we ze niet meer op hun juiste waarde te schatten. Dit alleen al heeft enorme gevolgen voor onze natuur. Een andere aanpak van milieuproblemen
In de jaren zestig, zeventig en tachtig werd het milieu soms gezien als een verzameling afzonderlijke systemen. Het beleid en de campagnes waren vaak gericht op specifieke problemen: smog in de lucht, chemicaliën die door fabrieken in rivieren werden geloosd, de vernietiging van het Amazonegebied, de benarde toestand van tijgers of cfk’s in spuitbussen. De oorzaken werden opgevat als lineair of specifiek en afzonderlijk aangepakt.
Tegenwoordig hebben we een andere opvatting van de bedreigingen van ons milieu. Ze zijn niet uniform of geografisch bepaald. Wat ze wel gemeen hebben is dat ze in de regel — direct of indirect — voortkomen uit menselijke activiteit. Onze productie-, handels- en consumptiepatronen zijn buitengewoon krachtige aanjagers, die zowel onze maatschappij ondersteunen als onze manier van leven, onze levenskwaliteit en ons milieu bepalen.
Denk aan het tekenschrift van een kind. Een kind maakt een tekening door puntjes met elkaar te verbinden — door te beginnen met nummer één en te eindigen bij het hoogste nummer, elders op de pagina. In het begin lijkt de tekening nergens op, maar langzaam maar zeker verschijnt er iets samenhangends. Ons begrip van de belangrijkste vraagstukken waarvoor onze maatschappij zich geplaatst ziet, heeft zich eveneens ontwikkeld van afzonderlijke puntjes naar de aftekening van een beeld. Wij hebben nog niet het hele plaatje, maar we beginnen een patroon te ontwaren.
Dat de biodiversiteit in een alarmerend tempo afneemt, komt vooral omdat we de natuur hebben misbruikt ter ondersteuning van de productie, de handel en de consumptie in onze wereldeconomie. Ons verzuim om waarde toe te kennen aan ons natuurlijke kapitaal, betekent dat onze bomen en bossen, ons water en onze lucht, laaggeprijsd zijn of geen prijs kennen.
In een economie waarin nationale welvaart wordt afgemeten aan hoeveel een land produceert en waarin stijgende kwartaalwinsten belangrijker zijn dan de seizoenen, is het moeilijk de natuur zelfs maar te zien. Ons natuurlijke kapitaal is vaak niet eens een van de puntjes op de pagina.
Wij bevinden ons in een periode van bezinning en van mogelijkheden. De problemen waaraan wij het hoofd moeten bieden — of die nu op economisch terrein of op energie-, gezondheids- of milieuvlak liggen — kunnen worden verholpen. Wij zijn dat toekomstige generaties verschuldigd. Wij zullen het meeste bereiken als wij toegeven dat wij nog steeds heel weinig weten van onze natuurlijke omgeving, van haar complexiteit en van de invloed die wij erop hebben. Wij moeten ons opnieuw nederig gaan opstellen en met een gevoel van verwondering gaan kijken naar alles wat ons omgeeft.
Voor meer informatie kunt u de webpagina van het EMA over biodiversiteit bezoeken: http://www.eea.europa.eu/themes/biodiversity
Focus: klimaatverandering en biodiversiteitEcosystemen zijn over het algemeen vrij veerkrachtig. Maar als er bepaalde drempels worden overschreden, wanneer de zogeheten ‘omslagpunten’ worden bereikt, dan kunnen ecosystemen ineenstorten en kunnen er geheel andere omstandigheden ontstaan, met mogelijk grote gevolgen voor de mensheid. De klimaatverandering dreigt onze vitale ecosysteemdiensten die onze levenskwaliteit en economie schragen, zoals schoon water en een vruchtbare bodem, te ondermijnen. Wij weten niet wat het totale effect van de klimaatverandering op de biodiversiteit zal zijn. Maar wij weten wel dat het verlies aan biodiversiteit en de klimaatverandering tezamen moeten worden aangepakt, willen wij ons milieu beschermen. Ecosysteemdiensten die op dit moment de klimaatverandering binnen de perken houden, zoals de opname van CO2 uit de atmosfeer door de bodem, oceanen en bossen, worden ernstig bedreigd. Een recent verslag van het EMA waarin de stand van zaken van de biodiversiteit in Europa wordt opgemaakt, laat zien dat de klimaatverandering een merkbaar effect heeft op de biodiversiteit. Het verslag over het Europese biodiversiteitsdoel in 2010, Progress towards the European 2010 biodiversity target(4), omvat een studie van 122 gangbare Europese vogelsoorten. Het blijkt dat 92 soorten negatieve gevolgen van de klimaatverandering ondervinden en dat de gevolgen voor de overige 30 positief zijn. Dit duidt erop dat de klimaatverandering enorme veranderingen tot gevolg zal hebben voor de biodiversiteit en de ecosystemen in Europa. Het verslag toont ook aan dat het aantal graslandvlinders ernstig afneemt — met 60 % sinds 1990 — en niets wijst erop dat deze tendens afvlakt. Aangenomen wordt dat de voornaamste reden voor deze teloorgang gelegen is in veranderingen van het grondgebruik op het platteland — vooral intensieve landbouw en het braak leggen van grond door boeren. Aangezien het merendeel van de graslanden in Europa een actief beheer door mensen of door hun vee nodig heeft, zijn vlinders ook afhankelijk van de voorzetting van deze activiteiten. |
For references, please go to https://eea.europa.eu./nl/articles/bonte-structuur-van-het-leven or scan the QR code.
PDF generated on 23-12-2024 06:31
Engineered by: EEA-webteam
Software updated on 26 September 2023 08:13 from version 23.8.18
Software version: EEA Plone KGS 23.9.14
Documentacties
Delen met anderen